FacebookTwitterYoutube
Sport Europe


Halverwege het seizoen maakte ik als wedstrijdsecretaris senioren de tussenbalans op van de 10 jeugdteams. Ik gaf aan dat het mij een doorn was dat niet ook wekelijks verslagen of verslagjes van de jeugdcompetitie op de website van Kampenion verschijnen. Die mening ben ik nog steeds toegedaan. Als er 48 uren in een dag hadden gezeten, ‘had ik het er wellicht even bij gedaan’. Maar net als jij moet ik het met de helft doen. Toch wil ik met jou wel de eindbalans van deze competitie opmaken.


Landelijk B: Kampenion 1 - Bertin Bos, Julian Plette en Wim Tillema

Team 1 had in 5 wedstrijden 33 punten bijeen geslagen. Het stond daarmee 1e met een voorsprong van 7 punten op nummer 2 REGA 1. Ik schreef toen dat het wel heel raar moet lopen wil team 1 aan het eind van het seizoen niet één van de twee teams zijn die promoveert.

Welnu, het is inderdaad niet raar gelopen. Hoewel team 1 ietsje minder punten pakte dan in de eerste vijf wedstrijden (31 tegen 33), wist het de voorsprong op de nummer twee uit te breiden tot 13 punten. De andere teams lieten gewoon meer punten tegen elkaar - en tegen team 1 - liggen dan team 1 zelf. Opvallend was het dat er weinig puntenverschil zit tussen de nummers 2 en 6: in totaal slechts 7.

Ik vind het lastig om het niveau van de poule waarin team 1 uitkwam in te schatten. Is het een zwakke poule, of zijn de teams juist vergelijkbaar sterk? Zeg het maar! Een ding weet ik wel: team 1 was in de breedte het sterkst. Deze poule maakte duidelijk dat het er niet om gaat wie de sterkste kopman heeft - al komt Julian dicht in de buurt - nee het gaat er vooral om wie de minst zwakke laatste speler van het team heeft.
Die ‘eer’ komt team 1 met Bertin toe. Hij was de nummer 3 van het team, maar kwam tot een percentage van 50. Andere laatste spelers kwamen tot percentages van 33 of lager. Dat maakte grotendeels het verschil.

Julian kwam voor dit seizoen over van Bosman Wezep 1 (Landelijk C) waar hij als kopman van het team seizoenen lang onder zijn niveau speelde. Dit is een constatering en ik bedoel dat zeker niet vervelend. Onder je niveau spelen komt het spel van een speler niet ten goede. Je wordt immers niet uitgedaagd en dan is de verleiding groot je te beperken tot alleen maar het terugbrengen van de bal. Julian moest in het begin dan ook even wennen. Maar gedurende het seizoen heeft hij zijn speltype wat aangepast en speelt hij meer aanvallend. Hij verloor in totaal slechts 5 partijen: 3 in de eerste helft en 2 in de tweede. Julian kan terugkijken op een prima seizoen. Maar belangrijker nog is de constatering dat hij zich ontwikkelt en nog lang niet aan zijn plafond zit.

Wim is de enige van de drie die het afgelopen seizoen ook landelijk B speelde. In een team met Danny, Eljakim en Thomas kwam hij toen tot een percentage van 67. Opvallend is het dat hij dit seizoen - in een wat sterkere poule - tot exact hetzelfde percentage kwam. Er zit dan ook wel enige verbetering in. Ook Wim moet proberen iets aanvallender te spelen en daarbij de slag wat inkorten. Het komt niet zelden voor dat de bal al weer terug is, terwijl Wim dan nog niet in de basispositie staat. Verder is de handelingssnelheid nog steeds wat te laag. Wim beschikt over een forehand en een backhand en dat is positief. Maar als hij de slag iets weet in te korten en mede daardoor ook de handelingssnelheid wat weet te verhogen, moet hij nog stappen kunnen maken.

Bertin speelde het vorig seizoen met Gert-Jan en Guido Kampioensklasse. Maar hij zal ongeveer de eerste zijn om toe te geven dat dit vooral kwam omdat het team ‘nu eenmaal een derde speler nodig heeft’. Ook dat bedoel ik niet vervelend. Bertin won 1 partij in het eerste deel en 3 partijen in de play down (ik heb het niet verzonnen) groep. Dat dat niveau te hoog was, ‘bewees’ Bertin dit seizoen. Op de één of andere manier gaat het seniorentafeltennis hem gemakkelijker af. Met zijn vlakke en vaak verrassende slagen weet hij daar menige sterk ingeschatte tegenstander te verslaan. Bij de jeugd heeft hij het moeilijker. Toch is hij niet trager dan bijvoorbeeld Wim. Zeker niet. Misschien speelt Bertin wel te aanvallend voor zijn (huidige) mogelijkheden. Hij neemt vaak veel risico, scoort daarmee fraaie punten (vaak inside out; dat is wel mijn tekst), maar mist ook nog wel eens. Toch is dat niet zo erg. Als Bertin goed blijft trainen en hij ‘iets slimmer’ wordt, wordt hij alleen maar beter en gaan er ‘vanzelf’ wel meer ballen raak.

Team 1 is dus ruim kampioen geworden. Het won 8x en het speelde 2x gelijk. In totaal behaalde het 64 punten. Dat lijkt niet spectaculair en dat is het ook niet. Maar nogmaals, de groep kan evenwichtig sterk zijn geweest. En dan heeft team 1 nog steeds maar tweemaal een puntendeling hoeven toestaan! Bovendien, vooraf was de inschatting dat de groep misschien mogelijkheden bood om bij de eerste twee te eindigen. Welnu, team 1 is ruim kampioen geworden nadat het vrijwel het hele eizoen aan kop heeft gestaan!
Felicitaties aan Bertin, Julian en Wim!

Komend seizoen komt team 1 dus uit in Landelijk A. Bertin en Wim beginnen dan aan hun laatste seizoen bij de jeugd. In deze samenstelling slaat team 1 komend seizoen vast geen slecht figuur een klasse hoger.

Eindstand:
Kampenion 1          10 - 64
HBC 3                10 - 51
REGA 1               10 - 50
Docos-wolkyshop.nl 1 10 - 46
Actief 1             10 - 45
FvT 1                10 - 44

Percentages:
Julian Plette        30 25 83%
Wim Tillema          30 20 67%
Bertin Bos           30 15 50%


Landelijk C: Kampenion 2 - Roderik van Braak, Danny Bruins en Thomas Niemeijer

Wat te zeggen van team 2? Dat stond halverwege al een straatlengte voor op de achtervolgers. Het had in 5 wedstrijden liefst 44 punten behaald en de voorsprong op nummer 2 SKF 3 bedroeg al 16 punten. Het was toen al niet de vraag of, maar wanneer, team 2 kampioen zou worden.

Het knappe van team 2 is dat het in de tweede competitiehelft doorging met waar het mee bezig was: de wedstrijden ruim winnen. Het haalde weliswaar twee punten minder in die tweede helft (42 tegen 44 punten), maar in verhouding heeft het zelfs nog beter gepresteerd. Het speelde namelijk in de tweede helft wel - en in de eerste helft niet - tegen de 100% speler van Emmen 1: Kevin Wienholds. Die wedstrijd eindigde in 5 - 5, omdat die Kevin in zijn eentje voor 3 3/4 punt zorgde.

Die 5 - 5 was dan ook direct de enige niet-overwinning. Alle andere 9 wedstrijden leverden winst op. Niet zomaar winst, want de minst hoge zege was ……. 8 - 2. Abnormaal goed.

De poule kende weliswaar enkele minder sterke teams, maar dat is vaker het geval. Danny en Thomas speelden vorig seizoen nog landelijk B en namen dat niveau mee naar dit seizoen. Sterker nog, ik weet zeker dat zij nu een hoger niveau hebben dan vorig seizoen. Roderik kwam via team 2 uit de Hoofdklasse en hij heeft laten zien in Landelijk C meer dan prima te kunnen meekomen. Als je in je eerste seizoen landelijk C tot bijna 80% komt, dan heb je het top gedaan.

Thomas is de kopman van het team, al scheelt het na de laatste wedstrijd van afgelopen zaterdag niet veel. Thomas heeft alles in huis en neemt dat gelukkig ook meestal mee naar de hal. Alles lijkt hem heel gemakkelijk af te gaan en vaak is dat ook zo. Dat is ook direct het gevaar, want Thomas heeft nog wel eens moeite om de focus te bewaren. Maar dat zie je wel vaker. Het wordt ook tijd dat Thomas weer op een wat hoger niveau gaat spelen, want anders loopt hij hetzelfde risico als Julian (zie hiervoor). Bovendien doet Thomas meestal van nature bijna alles goed als hij weinig tijd heeft. Als hij teveel tijd heeft, gaat hij nadenken en maakt hij nog wel eens verkeerde keuzes. Thomas is goed bezig. Hij traint momenteel veel en komt daar ‘met de besten mee’. Als hij fanatiek blijft (doortrainen), dan kan hij bij Kampenion nog wel eens behoorlijk doorgroeien.

Danny was lange tijd de nummer laatst van het team. Hij heeft een kritisch oog voor zichzelf en vond vaak dat hij slecht presteerde. Nu lieten de resultaten de afgelopen seizoenen inderdaad wel wat te wensen over, maar Danny moet niet te kritisch zijn op zichzelf. Hij is aanvallender gaan spelen en dat gaat nu eenmaal met vallen en opstaan. Het is moeilijker om je een aanvallender spel aan te meten als je van nature verdedigend(er) denkt. Toch vind ik dat Danny daar goed in is geslaagd. En als de beloning dan (eindelijk) komt in de vorm van een prima percentage, dan kun je tevreden zijn. Ook al is de spelopvatting en het niveau belangrijker. Maar dit seizoen ging dat allemaal hand in hand. Doordat Danny ook veel wedstrijden bij de senioren speelt, kan hij niet alleen tegen aanvallende, maar ook tegen verdedigende, speltypes uit de voeten. Ook Danny zit nog niet aan zijn plafond. Volgend seizoen speelt hij weer Landelijk B en ik denk dat hij daar nu klaar voor is.

Schreef ik hiervoor dat Danny kritisch op zichzelf is, Roderik is nog een graadje ‘erger’. Als hij 9 wereldballen slaat en 1 (in zijn ogen) foutje maakt, dan neemt hij die wereldballen voor kennisgeving aan en maakt hij het nodige - beter gezegd onnodige - misbaar over die ene bal. Dat is nergens voor nodig. Geniet meer van het eigen goede spel en neem dat foutje juist voor kennisgeving aan. Ook Roderik heeft wat te lang onder zijn niveau gespeeld en daarom heeft hij onvoldoende leren te verliezen. Ik had verwacht dat hij in Landelijk C daar wat meer te maken mee zou krijgen dan de slechts 6 partijen die Roderik uiteindelijk verloor. Dat is een groot compliment. En als er wat minder lange noppen spelers in de poule waren geweest, had hij nog minder verloren. Het is jammer dat hij wat sukkelt met groeiproblemen. Daardoor kan hij niet zo vaak en zo goed trainen als hij graag zou willen. Laten we hopen dat die problemen tijdelijk zijn en dat hij er over enige tijd weer vol voor kan gaan. Desnoods maar even een paar maanden wat gas terugnemen. Komend seizoen dus landelijk B en zo gaat Roderik in twee seizoenen tijd van de Hoofdklasse naar Landelijk B. Het kan beroerder.

Team 2 werd ‘tussen speelronde 7 en 8’ al kampioen. Toen namelijk werd de wedstrijd SKF 3 - Emmen 1 ingehaald. SKF 3 moest toen tenminste 7 punten halen om het feestje van team 2 nog even uit te stellen. De wedstrijd eindigde in 5 - 5 - mede omdat Kevin Wienholds namens Emmen weer voor 3 3/4 punt zorgde - en dus was team 2 kampioen.
Felicitaties aan Danny, Roderik en Thomas!

Als je in 10 wedstrijden 86 punten haalt, dan heb je als team voortreffelijk gepresteerd. Het had geen straatlengte, maar een gemiddelde stadlengte voorsprong op nummer 2 SKF 3.

Volgend seizoen dus landelijk B. Mede gelet op de overmacht waarmee het team kampioen werd, heb ik er alle vertrouwen in dat het komend seizoen goed moet kunnen meedoen.

Eindstand:
Kampenion 2          10 - 86
SKF 3                10 - 56
TT IJsseltop 2       10 - 44
Emmen 1              10 - 43*
SMD 1                10 - 36
Hercules 2           10 - 25

Percentages:
Thomas Niemeijer     26 23 88%
Danny Bruins         29 25 86%
Roderik van Braak    29 23 79%


Hoofdklasse: Kampenion 3 - Bert Beks, Roelard Bos en Ditmar van Dorp

Team 3 heeft helaas de trend van de eerste vijf wedstrijden niet weten te doorbreken. Schreef ik toen dat het niet meeviel om vertrek van kopman Roderik op te vangen, inmiddels weet ik beter: dat vertrek was niet op te vangen.
Het speelt namelijk heel prettig als je een teamgenoot hebt die 80% of meer van zijn wedstrijden wint. Dat betekent namelijk dat je als team niet zoveel wedstrijden verliest en dus om de bovenste plaatsen meedoet.
Maar als die kopman verdwenen is en de nummer twee van het team de nieuwe kopman wordt en dus eigenlijk de kar moet trekken, dan wordt het heel, heel moeilijk. Daar komt nog eens bij dat de Hoofdklasse sterker is geworden ten opzichte van het vorig seizoen. Daarmee is het teleurstellende presteren van team 3 wel gedeeltelijk verklaard. En natuurlijk hebben Bert en ook Roelard te weinig punten gepakt.

Ditmar kan terugkijken op een goed seizoen. Als je in een sterkere klasse, zonder kopman Roderik, maar 6% inlevert ten opzichte van het vorig seizoen, dan heb je vrij goed gepresteerd. Ditmar heeft een goede forehand, maar is nog steeds kwetsbaar op de backhand. De korte noppen zijn geen verkeerde keuze gebleken, maar met gerichte training moet het mogelijk zijn om de backhand te verbeteren. Verder is de forehand opening op de 1e bal vaak prima, maar je moet er dan wel aan denken dat een 2e of 3e aanvallende bal vlakker geslagen moet worden.
Al met al heeft Ditmar een ruime voldoende behaald.

Roelard is vorig seizoen grotendeels door een blessure uit de roulatie geweest. Gelukkig hoefde hij deze competitie geen wedstrijd te missen. Roelard beschikt over een lastige service, maar komt vaak in de problemen als de tegenstander die terugbrengt. Het is dus zaak om te werken aan een vervolg. Of eventueel minder moeilijk, maar slimmer, te serveren. Vooraf had ik meer winstpartijen verwacht dan de uiteindelijke 8. Maar mogelijk dat mijn verwachtingen door de sterkere Hoofdklasse te hoog waren. Het zou kunnen. Misschien is het voor Roelard - en ook voor Bert - beter om komend seizoen 1e klasse te spelen, meer te winnen en daardoor weer meer zelfvertrouwen te krijgen. Want aan dat zelfvertrouwen schortte het wel dit seizoen.

Bert viel het vorig seizoen - door de blessure van Roelard - een aantal malen in bij team 3 en hij won daar 6 van de 12 partijen. Ik had dan ook goede hoop dat Bert dit seizoen tenminste rond de 40% zou spelen. Maar ook die verwachting bleek veel te hoog. Aan de ene kant vanwege de sterkere Hoofdklasse en aan de andere kant - zo denk ik - doordat je als vaste speler van het team minder vrijuit speelt dan als invaller. Bert heeft een vrij vlakke forehand en heeft moeite met backspin. Hij maakt dan de beweging teveel naar voren en te weinig omhoog. Ook met de backhand blijkt backspin vaak eerder een vijand dan een vriend. Maar volgens mij is dat een ‘Bekstrekje’ (sorry pa Jan!). Deze dingen zijn allemaal nog wel af- en aan te leren. Bert is nog jong! Ook Bert had dit seizoen een gebrek aan zelfvertrouwen, maar dat is ook niet zo gek als je nauwelijks partijen wint. Hopelijk werkt het spelen in de 1e klasse ‘bevrijdend’ komend seizoen.

Team 3 speelt komend seizoen dus 1e klasse. Voor Ditmar is dat heel jammer, want hij kan de Hoofdklasse goed aan en er zit ook nog wel meer in. Voor Bert en Roelard is het op dit moment beter om 1e klasse te spelen. Zij worden komend seizoen op hun wenken bediend.

Aan de ene kant is het wel jammer dat het gat tussen de teams 2 (landelijk B) en 3 (1e klasse) duidelijk groter wordt. Aan de andere kant komen de spelers wel op het niveau uit waarop zij thuis horen.

Eindstand:
Blauw-Wit 1          10 - 69 P
Swift (D) 1          10 - 67
DTS 2                10 - 56
Swift (D) 2          10 - 46
Bosman/Wezep 1       10 - 37 D
Kampenion 3          10 - 25 D

Percentages:
Ditmar van Dorp      30 14 47%
Roelard Bos          30  8 27%
Bert Beks            30  2  7%


1e klasse: Kampenion 4 - Simone Lieftink, Marco Antonides en Jomar Schilder

Team 4 - zo schreef ik halverwege het seizoen - is een nieuw samengesteld team. Alle spelers spelden vorig seizoen nog - in verschillende teams - in de 3e klasse, maar behaalden daar wel een hoog percentage. Dit seizoen mochten Simone, Jomar en Marco het in de 1e klasse laten zien. Welnu, de conclusie mag luiden dat zij als team prima hebben gepresteerd.

In het begin was het nog even wennen, vooral tegen de wat sterkere teams. Misschien was er nog wat teveel ontzag voor de tegenstanders. Maar dat ontzag verdween per wedstrijd. En in de tweede competitiehelft speelde team 4 prima mee. Het verloor nog maar 1x, nipt bij TT Zwolle 1. En het haalde in die tweede helft met 33 punten, maar 3 punten minder dan kampioen Trias 1 waarvan het overigens als enige team dit seizoen niet verloor. Petje af voor Simone, Marco en Jomar.

Simone kwam voor het seizoen over van Emmeloord. Zij wilde graag op een wat hoger niveau spelen en dat kon bij Kampenion. Broer Robin ging haar jaren geleden voor. Simone speelt technisch verzorgd. Zij komt graag met de forehand, maar verslaat zich nog wel eens op ballen ‘die zwanger zijn’ van de backspin. Zij maakt dan de beweging teveel naar voren. Simone heeft wel een snelle arm en dat is een voordeel. Bij Simone is nog wel de nodige vooruitgang mogelijk, ook al behoort zij al tot de oudere jeugdspelers.

Marco verbaast mij telkens weer. Zijn spel ziet er niet spectaculair uit, qua bewegen is hij bepaald geen tapdanser, maar hij heeft wel iets. Wat dat ‘iets’ is, daar ben ik nog niet achter. Wel valt op dat hij onverstoorbaar achter de tafel staat. Verder staat hij vaak goed zonder dus heel veel te bewegen. Dat is ook een kwaliteit. Als hij die vreemde forehand schuifbal - bijna van achter naar voren - weet te vervangen door een forehand opening, dan kan hij nog de nodige stappen maken.

Jomar is de denker van het team. Ik denk zelfs dat hij teveel denkt. Jomar heeft een goede forehand opening, maar wil die te graag en liefst vanuit elke positie slaan. Dat kan prima als je je hebt gekwalificeerd voor de Olympische Spelen, maar zover is Jomar niet. Het is de kunst om simpel te spelen en de juiste bal uit te zoeken om op te komen, of die juiste bal mogelijk te maken door je via goed voetenwerk in de juiste positie te brengen. Dan kun je inderdaad ook een forehand opening vanuit je backhandpositie slaan.

Alle drie de spelers kunnen terugkijken op een goed seizoen. Ik ben benieuwd waar dat toe gaat leiden, want als zij de lijn van de tweede competitiehelft weten door te trekken, dan kunnen er nog leuke dingen gebeuren.

Eindstand:
Trias 1             10 - 69 P
TT Zwolle 1         10 - 63
Leogang SL 1        10 - 60
Kampenion 4         10 - 55
De Veluwe 1         10 - 28
DTS 5               10 - 25 D

Percentages:
Simone Lieftink     30 20 67%
Marco Antonides     30 19 63%
Jomar Schilder      30 11 37%


De spelers van de eerste vier teams heb ik uitgebreid beschreven en hier en daar ook wat ‘aangepakt’. Zij spelen op een redelijk tot goed niveau en dan moet dat ook kunnen zo lang het opbouwend is. En dat was in ieder geval mijn bedoeling; dat moet je van mij aannemen. De spelers van de andere teams beschrijf ik meer ‘met een fluwelen handschoen’.


3e klasse: Kampenion 5 - Rik ten Caat, Jarno van den Heuvel en Jasper Lambregtse

Team 3 stond halverwege het seizoen op 25 punten uit vijf wedstrijden. Een gemiddelde van 5 punten per wedstrijd geeft aan dat de 3e klasse ook het niveau is waarop het team thuis hoort. In de tweede competitiehelft heeft het die lijn doorgetrokken. In de tweede serie van vijf wedstrijden kwam het tot 24 punten. Een evenwichtig seizoen dus, al scoorde de ene speler (Rik) in de eerste helft beter en een andere (Jarno) in de tweede.

Jasper verstaat de kunst om zijn spel aan te passen aan dat van de tegenstander. Valt die aan, dan probeert Jasper te blokken. Schuift die, dan schuift Jasper gezellig mee. ‘Hij heeft de tijd’ zie je hem denken. Zo’n tactiek kan je wel van pas komen. Maar toch is het de kunst om te proberen om zelf te bepalen wat er gebeurt. Dus niet te reageren op wat de ander doet, maar zelf het initiatief te nemen. Probeer dat maar eens! Misschien dat je in het begin iets meer partijen verliest, maar op den duur word je er alleen maar beter van.

Rik begon de competitie prima. Hij was een aantal wedstrijden kopman en won de nodige partijen. Toen hij wat meer partijen begon te verliezen, had hij het daar moeilijk mee. Ik heb toen gezegd dat hij dat als compliment moest zien. Vorig seizoen was hij - vooral in het begin - blij met iedere winstpartij. Nu baalt hij van een verliespartij. Rik moet wel werken aan zijn backhand. Hij moet - als hij schuift - naar voren bewegen met zijn speelhand en niet van rechts naar links.

Jarno maakte juist het omgekeerde van Rik mee. Hij begon moeizaam aan het seizoen. Jarno valt het liefst aan; forehand of backhand, het maakt hem niet zo heel veel uit. Maar de poule kende nogal wat prikkers en schuivers en daar versloeg Jarno zich lange tijd op. Maar op een gegeven moment ging het beter en beter. Hij kan dan ook terugkijken op een goede tweede competitiehelft en wist zich qua percentage nog op te werken tot bijna 50%. Technisch ziet het er verzorgd uit. Aanvallend staat Jarno zijn mannetje. Ik denk dat er nog heel veel muziek in Jarno zit.

Team 5 kan terugkijken op een aardig en leerzaam seizoen.

Eindstand:
Wijhe 1                9 - 63 P
DTV '84 1             10 - 60
Kampenion 5           10 - 49
Staphorst 1            9 - 46
Rijssen 2             10 - 40
Wezep 2               10 - 32 D

Percentages:
Jasper Lambregtse     30 19 63%
Rik ten Caat          27 13 48%
Jarno van den Heuvel  30 14 47%


4e klasse: Kampenion 6 - Ernst van den Broek, Jannick van den Broek en Dinant van den Heuvel

Wat te zeggen van team 6? Dat team stond halverwege het seizoen met 39 punten al 10 punten voor op nummer 2 TT Zwolle 3. En dat terwijl Dinant, Ernst en Jannick vorig seizoen nog 5e klasse speelden.

In de tweede helft pakten zij als team dan wel wat minder punten (33), maar positiever is dat de drie spelers positief bleven spelen. Zij waren niet zoveel met de punten bezig en waarom zouden ze ook. Het voorbeeld daarvan kwam uit de verloren thuiswedstrijd tegen nummer laatst GTC 1 dat overigens met de sterke Bjorn van Dieren speelde. Team 6 kwam met liefst 0 - 6 achter (!), maar ik heb geen onvertogen woord gehoord. Dinant, Ernst en Jannick bleven knokken voor een beter resultaat en dat lukte. Zij hielden de schade met 3 - 7 nog beperkt.

Ernst is opnieuw de kopman van het team. Hij was dat vorig seizoen ook al. Ernst doet geen gekke dingen. Hij houdt de bal op tafel en zoekt de juiste bal uit en vindt die meestal ook. Dat is knap. Ernst speelt zelfs nog 14% hoger dan vorig seizoen in de 5e klasse.

Dinant speelt wat aanvallender. Hij maakt daardoor ook wat meer fouten, maar dat is niet erg. Je leert niet alleen meer van aanvallend spel, op de lange termijn werpt dat ook de meeste vruchten af. Ook Dinant speelt 13% hoger dan vorige seizoen in de 5e klasse.

Jannick heeft juist wat procenten ingeleverd ten opzichte van het vorig seizoen, maar volgens mij raakt hij daar niet van in de war. Hij speelt ook graag aanvallend, maar heeft wat meer last van backspin. Iets meer trainen op de forehand opening en de backhand en dan komt het helemaal goed.

Volgend seizoen mogen Dinant, Ernst en Jannick het dus in de 3e klasse proberen. Maar ik heb daar wel vertrouwen in. Ernst en Jannick zijn dit seizoen voor de 3e achtereenvolgende manier kampioen geworden. Dat gebeurt ook niet iedereen.

Eindstand:
Kampenion 6           10 - 72
TT Zwolle 3           10 - 53
Kampenion 7           10 - 53
Dronten '74 1         10 - 46
Zwartsluis 1          10 - 42
GTC 1                 10 - 34

Percentages:
Ernst van den Broek   30 27 90%
Dinant van den Heuvel 30 22 73%
Jannick van den Broek 30 15 50%


4e klasse: Kampenion 7 - Maurits Koers, Matthijs Lambregtse en Marinus Zagt

Team 7 - dat in dezelfde poule als team 6 uitkwam - heeft in de tweede competitiehelft juist beter gepresteerd dan in de eerste. Sloeg het toen 23 punten bij elkaar, in de tweede waren dat er 30. Dus maar 3 puntjes minder dan team 6. Team 7 werkte zich dan ook op van een 4e naar een gedeeld 2e plaats. Alleen op onderling resultaat eindigde het achter TT Zwolle 3. Dat is netjes van M&M&M.

Marinus is de kopman van het team. Marinus doet onverstoorbaar zijn ding. Hij doet geen gekke dingen en kan tegen de meeste spelers wel aardig uit de voeten. Een uitzondering vormen de wat meer beweeglijke, aanvallende spelers. Marinus kwam tot een mooi percentage van 77 en is daarmee achter Ernst de tweede Kampenionner in de 4e klasse. Als Marinus af en toe iets minder ‘pretpongt’, maar speelt om het punt te maken, dan is er nog wel vooruitgang mogelijk.

Matthijs maakte dit seizoen zijn debuut en hij deed dat direct in de 4e klasse. Hij heeft een enorme hekel aan verliezen en hij doet er alles aan om dat te voorkomen. Nee, ik heb het niet over gedrag en dat soort dingen, maar om de manier van spelen. Matthijs kan technisch best aardig spelen, maar hij ‘vergeet’ dat vaak als hij achter staat. Hij vindt de punten belangrijk(er). Niet doen Matthijs. Ook al kan ik me voorstellen dat je punten belangrijk vindt, het is belangrijker om in de wedstrijd te oefenen wat je in de training hebt geleerd. Maar om 43% 4e klasse te spelen in je eerste competitie? Netjes hoor!

Maurits was afkomstig uit de 5e klasse en hij kwam er achter dat waar een snelle service met daar achteraan een forehand aanval toen voldoende was, je daar in de 4e klasse niet genoeg aan hebt. Maurits heeft een aardige forehand, maar hij moet wat aan zijn backhand werken. Een kort raakmoment tussen bat en bal in plaats van duwen en de beweging naar voren maken. Dan zul je zien dat je in de 4e klasse ook meer partijen wint.

Eindstand:
Kampenion 6          10 - 72
TT Zwolle 3          10 - 53
Kampenion 7          10 - 53
Dronten '74 1        10 - 46
Zwartsluis 1         10 - 42
GTC 1                10 - 34

Percentages:
Marinus Zagt         30 23 77%
Matthijs Lambregtse  30 13 43%
Maurits Koers        30  8 27%


5e klasse: Kampenion 8 - Jeroen Kasper, Luuk Regterschot en Lucas Visser

Team 8 kwam in een poule uit van acht teams. Alle teams speelden eenmaal tegen elkaar waarna de eerste vier om het kampioenschap speelden en de andere vier elkaar ook nog een keer ontmoetten.

In de eerste ronde van 7 wedstrijden behaalde team 8 29 punten en het eindigde daarmee als zesde waardoor het in de onderste helft belandde. In die laatste drie wedstrijden verloor team 8 geen wedstrijd meer, vooral omdat de spelers steeds beter gingen spelen. En natuurlijk ook omdat de tegenstanders wat minder sterk waren.

Luuk is de kopman van het team. Hij verloor in de eerste 7 wedstrijden maar 5 partijen en in de laatste 3 maar 1. Luuk is in een seizoen tijd erg vooruit gegaan. Qua percentage (zo’n 50% hoger), maar ook qua spel. Dat is mooi om te zien. Zo spelend lijkt Luuk wel een klasse hoger aan te kunnen.

Jeroen had het moeilijker. In de eerste 7 wedstrijden won hij 1/4 van zijn wedstrijden en in de ‘nacompetitie’ 1/3. Toch heeft Jeroen naar zijn mogelijkheden gespeeld en hij behaalde ongeveer hetzelfde percentage als het vorig seizoen: 25 tegen 27%.

Lucas maakte dit seizoen zijn competitiedebuut. In het begin moest hij duidelijk nog wennen, maar hoe langer het seizoen duurde, hoe beter Lucas ging spelen. Verder ziet het spelletje van Lucas er ook aardig verzorgd uit. Hij heeft zeker mogelijkheden en ik verwacht dat hij komend seizoen een sprong moet kunnen maken qua percentage.

Team 8 kan terugkijken op een leuk en leerzaam seizoen.

Stand na 7 wedstrijden:
Smash '70 (H) 3      7 - 54
Zwartsluis 3         7 - 53
GTC 2                7 - 45
TT Zwolle 4          7 - 37
Leogang SL 3         7 - 30
Kampenion 8          7 - 29
Zwartsluis 4         7 - 21
Dronten '74 2        7 - 11

Stand na ‘nacompetitie’
Leogang SL 3        10 - 52
Kampenion 8         10 - 46
Zwartsluis 4        10 - 36
Dronten '74 2       10 - 17

Percentages:
Na 7 wedstrijden
Luuk Regterschot    20 15 75%
Jasper Kasper       20  5 25%
Lucas Visser        20  4 20%

Over de laatste 3 wedstrijden
Luuk Regterschot     9 8 89%
Lucas Visser         6 4 67%
Jeroen Kasper        9 3 33%


Startersklasse: Kampenion 9 - Yoram Eysbroek en Lukas van der Weerd
Startersklasse: Kampenion 10 - Jonathan Dekker en Luuk Plette

Net als halverwege het seizoen neem ik de team 9 en 10 weer tegelijk mee. Ik moet zeggen dat het regelmatig genieten was om de spelers van deze teams te zien spelen en ook van de tegenstanders natuurlijk. Je ziet hier vaak nog puur tafeltennis. Niet het gewonnen of verloren punt is belangrijk, maar het plezier om een rally van 5 1/2 uur. En zo hoort het eigenlijk ook.

Als ik de eindstand zo bekijk, dan valt mij op dat beide teams elkaar nauwelijks iets hebben ontlopen. Team 9 behaalde in acht wedstrijden 22 punten en team 10 24. Als je nagaat dat je in de Startersklasse maximaal 5 punten voor een wedstrijd krijgt, dan hebben beide teams met ongeveer 3 punten per wedstrijd goed gepresteerd.
Kampioen Staphorst 2 kun je eigenlijk niet rekenen. Dat speelde met twee speelsters die vorig seizoen al 5e klasse hebben gespeeld. Dat team verloor in totaal maar 1 puntje (tegen Kampenion 10) en het had niets in de Starterklasse te zoeken. Maar als je Staphorst 2 even wegdenkt - en dat doe ik lekker even - dan zijn onze teams als 2e en 3e geëindigd. Heel knap!

Jonathan behaalde het hoogste percentage (86). Hij verloor maar twee partijen. Jonathan brengt heel veel ballen terug en weet het de tegenstander vaak lastig te maken met goed geplaatste ballen. Hij moet de 5e klasse wel aankunnen denk ik zo.

Lukas en Yoram - beiden team 9 - behaalde precies hetzelfde percentage (56) en zij kunnen elkaar dat ook helemaal niets verwijten. Beiden kunnen nog het nodige leren in de Startersklasse. In de 5e klasse krijgen zij het nu nog te moeilijk, omdat je daar betere en ook oudere spelers tegenkomt. Ik denk dat zij daar nog teveel van onder de indruk zulle zijn.

Luuk heeft het nog iets moeilijker, maar hij pakte toch ongeveer 1/3 van zijn wedstrijden mee. Wat voor Lukas en Yoram geldt, geldt ook voor Luuk. Het is beter om nog even Startersklasse te blijven spelen. Daar kan ook Luuk nog genoeg leren.

Beide teams hebben een goed seizoen gespeeld!

De eindstand:

Staphorst 2          8 - 39
Smash '70 (H) 4      8 - 24
Kampenion 10         8 - 24
Kampenion 9          8 - 22
Smash '70 (H) 7      8 - 20
Smash '70 (H) 5      8 - 17
Zwartsluis 5         8 - 12
Leogang SL 4         8 - 11
Smash '70 (H) 6      8 - 11

Percentages:
Jonathan Dekker     16 14 88%
Luuk Plette         16  5 31%
Lukas van der Weerd 16  9 56%
Yoram Eysbroek      16  9 56%


Ik gaf het halverwege het seizoen al aan: het is goed om te zien dat de meeste jeugdspelers van Kampenion spelen om te winnen. Zij kiezen vaak voor de aanval en accepteren meestal dat dit niet altijd een punt oplevert. Dat dit ook / vooral tegen spelers gebeurt die vooral schuiven en de bal op tafel houden, is wel eens frustrerend. Maar geloof me, als je het juiste antwoord vindt op dat passieve spel en dat ook nog eens beter en beter weet uit te voeren, win je dat soort partijen steeds vaker.

Na afloop van het seizoen wil ik - mede namens het bestuur en wedstrijdsecretaris jeugd Ralph Trip - een aantal mensen bedanken. Allereerst de jeugdspelers zelf. Kampenion had maar liefst 10 jeugdteams en alle teams waren minimaal bezet. Geen enkel team had een extra speler. En toch is er dit seizoen geen enkel team onvolledig uitgekomen. Een applausje voor jullie (zelf)!

Dan een bedankje aan de ouders van de jeugdleden. Zij hebben - voor zover zij de beschikking over een auto hebben - de jeugdteams weer naar de uitwedstrijden gereden en ook dat is allemaal goed gegaan. Er waren geen misverstanden.

Ook de ouders en vrouwlief Alice die bardiensten hebben gedraaid, bedank ik voor hun inzet. Mede dankzij hen kunnen anderen en ondergetekende zich richten op het begeleiden van de jeugdspelers en het ontvangen van de gasten.

Tenslotte bedank ik diegenen die op zaterdagmiddag regelmatig aanwezig waren om de wedstrijden te volgen en de spelers te begeleiden. Ook hier was het ‘hoe meer zielen, hoe meer vreugd’!

Mocht er zich iemand geroepen voelen om komend seizoen af en toe eens verslag te doen van de jeugdwedstrijden, meld je bij Ralph Trip of ondergetekende!


Met sportieve groet,

Jan Ringenier,
wedstrijdsecretariaat

Plaats reactie



Zet het plaatje in elkaar